De bende van Tieltenaar Pieter van de Putte opereerde vooral in het Tieltse en in de driehoek Kortrijk-Deinze-Oudenaarde tussen 1744 en 1748. Deze bende wordt gerekend tot de Bende van Jan De Lichte.
In de winter van 1747 breken Pieter van de Putte en Jozef Lehoucke (uit Gottem) met de hulp van enkele kompanen in in het huis van een pachter in Markegem. Ze worden er echter verjaagd.

Na een grootschalige klopjacht worden ze ingerekend en berecht in Aalst. Ze worden op 10 oktober 1748 veroordeeld tot de galg (voorafgegaan door folteringen). Het vonnis wordt al ‘s anderendaags uitgevoerd.
Referenties
- Vonnissen verleent binnen de stadt Aelst, ten laste van menigvuldige moordenaeren, dieven, vagebonden ende andere quaetdoenders, op het vervolg van de collegien der casselryen ende landen van Cortryck, Audenaerde, Aelst ende Dendermonde, begonnen 7. october 1748. ende ge-eyndigt 14. December daer naer, p. 4 – 6 (https://play.google.com/books/reader?id=jw1JAAAAcAAJ…)
- https://www.zottegem.be/…/een…/jan-de-lichte.aspx
- Dorpsgeschiedenis p. 118