De grootste heerlijkheid binnen het dorp Markegem was dus ter Hoyen. Over ter Hoyen schreef de historicus Philippe de l’Espinoy (1552-1633), laquelle Seigneurie … a toute haute, moyenne & basse iustice & consiste en beaucoup de terres, rentes & autres beaux droits Seigneuriaux. Dat de heerlijkheid beschikte over rechten op alle niveaus, hoog, middelbaar en laag, betekent dat ter Hoyen een belangrijke heerlijkheid was.
Voor het uitvoeren van zijn rechten werd de heer bijgestaan door een baljuw, een praeter (veldwachter), schepenen en mannen. Deze rechtbank hield haar zittingen vanaf de 17e eeuw meestal in de herberg-brouwerij “ter Hoyen” op het kruispunt van de huidige Tieltstraat met de Oostrozebekestraat. Vanaf 1684 werd die de Roode Vierschaere genoemd.

Om de ultieme straf te kunnen uitvoeren, kon gebruikgemaakt worden van een galg. Die werd dan opgericht op het perceel genaamd het Galghebilxcken. Dit lag verderop westwaarts langs de Oostrozebekestraat aan de oever van de Mandel, op de grens met Oostrozebeke.
Er is slechts één gedocumenteerd geval waarbij de galg werd toegepast. Het was op 11 november 1571, tijdens de woelige beginjaren van de Tachtigjarige Oorlog, dat een roversbende de boerderij van het goed te Poorters (Oostrozebekestraat 27) overviel. Hierbij werd een knecht van de pachter Lauwers De Hont gedood, maar de geweldenaar kon gevat worden. Voor die gelegenheid werd de galg terug opgericht op het Galghebilxcken. Hiervoor werden een pot (paal), een ketting en een cramme daer den mayfacteur an ghehangen was, gekocht.
Er stond trouwens nog een galg langs diezelfde weg. Dat was op de Galgenkouter in Dentergem, aan het kruispunt met de Meulebekestraat. Trouwens, de galg van Wakken stond in … de Galgestraat.
Later namen de steden meer en meer de rechtspraak over en beperkte de Markegemse vierschaar zich tot de lage rechtspraak: transacties van onroerend goed, hypotheekleningen, vorderingen wegens niet-betaling, erfenisregelingen, opstellen van weesakten, … En zo raakte ook de Markegemse galg vergeten. Alhoewel.
Vroeger stond op de plek bij de galg een kapel. Een combinatie die wel vaker voorkomt. Het gaf de veroordeelde de mogelijkheid vergiffenis te vragen voor zijn misdaad. Als het ware een troost in hoge nood. In de tweede helft van de negentiende eeuw werd die kapel afgebroken en iets hogerop herbouwd, de huidige kapel Onze-Lieve-Vrouw Troost in Nood. Maar als je luchtfoto’s bestudeert, kan je nog altijd de afdruk van een kapel, met het koor oostwaarts gericht, bespeuren in de weide bij de Mandel.
De Mandelbode, november 2023